Verhaal bewoner

Na jaren als zelfstandig ondernemer in het buitenland te hebben gewerkt, keerde ik terug naar Nederland. Met het vermogen dat ik had opgebouwd wilde ik een nieuwe start maken; een hotel op een van de Waddeneilanden. Dat liep helaas anders dan gepland, want bij terugkeer op Schiphol ontdekte ik dat ik gesignaleerd stond bij justitie vanwege een openstaande en onbetaalde verkeersboete. Vanwege verjaring bleek er geen mogelijkheid de boete te betalen en moest ik een aantal weken in detentie.

Aanvankelijk kon ik niet beseffen wat me was overkomen en doolde ik een week lang rond met slechts tweehonderd euro op zak. Ik sliep in volkstuinhuisjes en in de open lucht; gelukkig was het een warme zomer. Ik zag onder ogen dat het zo niet langer kon en wilde verder met mijn leven, dus klopte ten einde raad aan bij de eerste opvang. Dat was letterlijk de eerste dag van de 7 zwartste maanden ooit, in mijn leven. Uiteindelijk was mijn ‘zorgtraject’ van 6 maanden afgelopen. Op 1 april 2019 kwam ik ’s avonds terug van mijn werk en werd ik niet binnengelaten. Een medewerker had mijn kleding in een sporttas gepropt en ben ik letterlijk op straat gezet. Noodgedwongen heb ik een paar dagen in een hotel gelogeerd, maar ik zag in dat ik niet over voldoende pecunia beschikte om dat een hele maand vol te houden tot mijn volgende salaris. Dus heb ik een tent gekocht en een maand lang wild gekampeerd in de vrije natuur.

Dat was een zware periode, want ik kon natuurlijk overdag mijn tent niet laten staan als ik naar mijn werk was. Dus iedere morgen brak ik het tentje af en ’s avonds als ik klaar was met werken moest ik de tent weer in het donker opbouwen. Gelukkig kon ik op mijn werk douchen en kleding wassen. Maar echt ideaal was het niet en ik voelde me steeds verder in het moeras zakken.

Droombankje
Begin mei was ik de wanhoop nabij en werd ik geplaagd door suïcidale gedachten. Ik zag het echt niet meer zitten. Op vrijdagavond 3 mei, rond 21:00 lag ik in mijn tent te bedenken of ik mezelf zou ophangen of verstikken toen ik werd gebeld. Het was Angelique van den Berg. Ze nodigde mij uit om de volgende dag langs te komen op de Boulevard Heuvelink, omdat ze zich mijn lot aantrok en een kamer voor me had. Een zucht van verlichting, want ik wilde natuurlijk helemaal niet dood.

De volgende dag werd ik warm onthaald door Angelique en Lain. Ik kon gewoon niet geloven dat er nog zulke lieve en warme mensen bestaan. Zonder een oordeel te vellen sloten zij mij in hun midden en kreeg ik een eigen kamer. Ik heb nog één nacht in mijn tentje gelegen, waar ik de hele nacht heb liggen huilen van blijdschap.

De eerste week bij het droombankje was zo onwerkelijk. Alleen maar lieve begeleiders en vrijwilligers die de tijd nemen voor een praatje of als dat nodig is hulp bij whatever. Ik wist niet wat ik meemaakte. Het was lang geleden dat ik mensen met een goed hart had ontmoet. Bij het droombankje telt iedereen mee en wordt met uiterst respect en liefde bejegend. Geen enkele vraag is te veel en iedere medewerker doet zijn uiterste best om de bewoners een thuisgevoel te geven. Angelique en haar team hebben ervoor gezorgd dat ik weer vertrouwen in de mensen heb gekregen en dat ik weer positief in het leven sta.

De aanpak van het droombankje is mijns inziens de beste manier om dak- en thuislozen op te vangen en te begeleiden naar zelfstandig wonen. Daarom roep ik iedereen op dit project een warm hart toe te dragen en te ondersteunen in de breedste zin van het woord.

Scroll naar top